Sidra van de week – Beresjit: Beresjit 1:1-6:8
Sidra van de week – Chajee Sarah – Beresjit 23:1-25:8
Sidra van de week – Ki Tisa – Sjemot 30:11-34:35
Sidra van de week – Korach – Bamidar 16:1-18:32
Sidra van de week – Metsora – Wajikra 14:1-15:33
Sidra van de week – Noach – Beresjit 6:9-8:5
Sidra van de week – Pekoedee – Sjemot 38:21-40:38
Sidra van de week – Sjemini – Wajikra 9:11-11:47
Sidra van de week – Sjoftiem – Devariem 16:18-21:9
Sidra van de week – Tazria – Wajikra 12:1-13:59
Sidra van de week – Vajetse – Beresjit 28:10-32:3
Sidra van de week – Wajakheel – Sjemot 35:1-38:20
Sidra van de week – Wajikra – Wajikra 1:1-5:26
Verhaal – Het sjabbatkruid
Een vrij navertelde midrasj
Heel lang geleden was er een koning die gek was op eten. Wat hij at moest precies zo worden klaargemaakt als hij dat wilde.
Met een snufje van dit en een snufje van dat van de beste en de lekkerste kruiden, en niet teveel zout. Wee de kok die eten opdiende dat de koning niet beviel. Want dan gromde en brulde de koning als een hongerige leeuw, tot de arme kok flauw viel van angst. Maar geen beloning was groot genoeg voor de kok die de koning kon laten smullen van genot.
Op een keer hoorde de koning iemand vertellen over een rabbijn die een wonderkok was. De koning kon niet wachten en stuurde meteen iemand naar de rabbijn met vraag of hij een keer bij hem mocht komen eten. De rabbijn vond het prachtig en nodigde hem uit voor het volgende Sjabbatmaal. Bij zijn aankomst werd de koning vol eerbied naar de tafel van de rabbijn gebracht. De tafel straalde van het licht van de Sjabbatkaarsen. Aan tafel kreeg de koning eerst een slokje van de kidoesjwijn. Daarna nam hij een hapje van de knapperige, warme challa . “Mijn heeerlijk”, zei de koning, “wat een verrukkelijk brood!” En zijn neus krulde van plezier. Daarna volgde een lekkere, kruidige soep, kip overdekt met honing, geurige rijst, hoog opgetast met geroosterde amandelen en zoete rozijnen – en bij ieder gerecht smakte de koning van verrukking met zijn lippen en schudde hij het hoofd van verbazing.
Voor het weggaan dankte de koning de rabbijn met de woorden: “Iedere gerecht dat u opdiende had de smaak van de hemel. Ik zou u heel, heel erg dankbaar zijn wanneer u mij de recepten zou willen geven. Dan zal ik van dit verrukkelijke eten ook in mijn paleis kunnen genieten.” Met een vriendelijk lachje gaf de rabbijn de recepten.
Een week later kwam de koning opgewonden terug. “Rabbi! Mijn kok heeft alle recepten gemaakt, precies zoals u ze heeft gegeven. Maar het smaakte anders, en niet zo lekker als bij u thuis.” “Nee, nee, dat snap ik wel”, zei de rabbijn, “dat komt door de speciale Sjabbatkruiden”. “Sjabbatkruiden? Daar hebt u niets van gezegd, en dat stond ook niet in de recepten. Waar kan ik die kopen?” “Die zijn niet te koop”, zei de rabbijn geduldig. “Wat?! ” bulderde de koning. “Niet te koop? Ik kan alles kopen wat ik wil! Ik ben de koning!” “Sjabbatkruiden kun je nergens kopen omdat ze nergens groeien en ook nergens gemaakt worden”, antwoordde de rabbijn.
“Sjabbat is een geschenk. Een geschenk voor iedereen die God wil eren door het vieren van de zevende dag, de Sjabbat. En als je Sjabbat viert krijgt al het eten op de sjabbattafel die extra lekkere, heel speciale smaak van de sjabbatkruiden”..
Verhaal – Toeval Kajin maakt handig gereedschap
Hij was smid en werd de stamvader van allen die brons en ijzer bewerken – Beresjiet 4:22
Dit verhaal gaat over Toeval Kajin, het oudste broertje van Javal, dus de tweede zoon van Lemech, de man die vier kinderen had, drie jongens en een meisje……
Toen Toeval Kajin nog heel klein was vond hij het al geweldig om van alles te bouwen en omdat er nog geen lego bestond gebruikte hij mooie platte stenen. Daar maakte hij hele bouwwerken mee, hij stapelde de stenen op elkaar tot grote torens en andere gebouwen. En op de één of andere manier bleef alle ook nog goed staan! Maar behalve dat bedacht hij ook handig gereedschap voor zijn vader, zo maakte hij een hamer van een stevige steen met een gat erin en een stevige tak. Of hij bond een scherpe steen aan een stok en hup, daar had hij een bijl gemaakt, zo kon zijn vader gemakkelijker hout hakken voor het vuur.
Op een dag kwam hij erachter dat sommige stenen gingen smelten als hij ze in het vuur legde, als ze dan weer afkoelden bleef er iets over dat hij dacht te kunnen gebruiken om iets van te maken. Toeval Kajin besloot om deze stenen in een kookpot te laten smelten en dan het vloeibare spul in een vorm te gieten. Hij nam een houten pen van de tent en drukte die in het zand en haalde hem er weer uit . Zo had hij de vorm van de tentpen in het zand gemaakt. Toen hij daarin het ijzer, want dat was het wat uit de stenen kwam, goot en hard liet worden had hij de eerste ijzeren tentharing gemaakt. Die bleken veel sterker dan de houten pinnen die ze eerst gebruikten.
Nu Toeval Kajin eenmaal had uitgevonden dat je van vloeibaar ijzer allerlei vormen kon maken bedacht hij van alles. Voor zijn vader maakte hij een ijzeren bijl en een schep, voor z’n moeder pannen en voor z’n kleine zusje een koperen danseresje. Steeds meer handige voorwerpen bedacht hij en je zou wel kunnen zeggen dat Toeval Kajin de eerste ijzer- en kopersmid was die er op de aarde heeft rondgelopen. Wat zou jij van ijzer maken?